12 februari 2011

Onhebbelijkheden

Ik zou nooit iemand meevragen naar een gelegenheid als ik het niet absoluut vereist vind dat diegene erbij is. 'Gezelligheid' komt niet in mijn hoofd op als reden. De gemiddelde gelegenheid is prima alleen uit te houden.
Ik zou nooit iemands halfslachtige mening betwisten, tenzij die mening mijns inziens gevaarlijk is. Elke (on)doordachte mening heeft bestaansrecht naast de mijne. Ik betwist bijna nooit iemands zienswijze en leg alleen de mijne ernaast. Daardoor kom ik als een windvaan over. Als een allemansvriend en een schijterd. Maar het is in dit geval geen angst die me drijft. Ik vind het niet belangrijk eensgezindheid te bereiken. Als de harmonie maar niet wordt geschaad.
Eigenlijk stel ik mezelf bij iedere ongenuanceerde bewering of flutmening de vraag of ik datzelfde zou kunnen denken. Meestal is dat ook zo en begrijp ik de gevolgtrekking die aan de mening vooraf is gegaan. Een enkel mens denkt mij te absurd en, helaas, in die gevallen erger ik me voortdurend groen en geel aan die persoon.

Geen opmerkingen: