22 oktober 2011

Bijbel

Maar weinig boeken zijn zo rijk als de Bijbel en dan met name het Oude Testament. Je zult relatief gemakkelijk drie tekstlagen kunnen ontdekken en daarna rustig alsnog drie tekstlagen daar weer onder. Voor een boek uit die periode een prestatie van grote klasse. Zo veel redactie en toch een redelijk samenhangende, heel sterke tekst.

De Zhuangzi en de Liezi stammen uit dezelfde tijd als het Nieuwe Testament en zijn, in tegenstelling tot het Nieuwe Testament, lange tijd beschikbaar geweest voor allerlei vormen van redactie. Toch hebben deze teksten niet de rijkdom gekregen die het Oude Testament wel heeft. Er is geredigeerd, maar de tekst is niet geslepen. De toon eenzijdiger en de verhalen zijn in vergelijking met de Joodse bijbel eendimensionaler.

Het Nieuwe Testament heeft daarentegen nooit die jaren en jaren van polijsten gehad en het is dan ook literair een stiefkind. Een onwaardig sluitstuk. Publicaties die de literaire kunsten van de Bijbel waarderen, zijn ook altijd vele malen korter over een boek uit het Nieuwe Testament dan over een boek uit het Oude, ongeacht de lengte van de desbetreffende boeken. In het Nieuwe Testament kun je, door de snelle ontwikkeling tot canoniek werk, hooguit twee of drie tekstlagen ontdekken.

Dat neemt overigens mijn stelling niet weg dat een goed schrijver elk boek uit het Nieuwe Testament had kunnen bedenken. Ik lees soms wel eens het argument dat het evangelie waargebeurd moet zijn, omdat het niet bij elkaar te verzinnen valt. Dat is een schromelijke onderschatting van duizenden auteurs. Je hebt andere argumenten nodig om te pleiten voor de historiciteit van de verhalen in het Nieuwe Testament.

Geen opmerkingen: