Dawkins herhaalt meermaals in The God Delusion dat de God van het Oude Testament een rancuneuze, oorlogszuchtige, vrouwenhatende sadist van een behoorlijk kaliber is. Als je de verhalen leest als zijn het nieuwsberichten dan ligt die conclusie voor de hand. In discussies over verschillende - in onze moderne ogen vrij lompe - passages in het OT heb ik weleens genoemd dat YHWH in dat verhaal die rol moest spelen want anders zouden de beslissingen van de hoofdrolspelende mensen niet uit de verf zijn gekomen. Zo moet God zo afkeurend reageren op het landbouw-offer van Kaïn, anders kan de broedermoord niet plaatsvinden en juist het moreel laakbare van die broedermoord is het menselijke thema dat aan de hand van dat verhaal in een niet-gealfabetiseerde samenleving doorgegeven wordt.
Dat maakt voor de boodschap van Dawkins niet uit. Dawkins redeneert juist op deze wijze omdat veel letterlijklezers deze redeneertrant hebben en desondanks toch uitkomen op de conclusie dat God liefde is. Een conclusie die in Dawkins' ogen niet rationeel is.
Een collega van mij, liberaal katholiek en zeer actief in de kerk gaf me zijn theorie over het verschil in bijbellezen van katholieken en het bijbellezen van protestanten. Protestanten lezen het hele boek (met uitzondering van de deuterocannonieke boeken, die zij niet hebben) en zien het OT als verhaal van God in haar eigen geschiedenis. Katholieken lezen over het algemeen nauwelijks de Bijbel en bezien het OT enkel en alleen in het licht van het NT. Als het OT nog niet de minste verwijzing naar Christus in een creatieve geest op kan roepen, dan is dat deel van het OT een passage die in de katholieke kerk vastberaden wordt genegeerd. Letterlijklezen is heel moeilijk te doen in de katholieke kerk. Dat zou je als prettig kunnen beschouwen, ware het niet dat we nog genoeg andere onderdelen van de katholieke geschiedenis als stompzinnig daar tegenover kunnen stellen.
Een paar dagen geleden heb ik een interessant gesprek gehad, ik hoop de eerste van meerdere, met een echtpaar dat letterlijk leest. Het werkwoord 'letterlijklezen' begrepen ze niet, dus ik heb die vraag moeten herfraseren in: "Is de Aarde 6000 jaar oud?". De man van het echtpaar (wie dacht je anders?) legde uit dat als het scheppingsverhaal niet historisch waar zou zijn, de rest van het Boek even zo goed niet waar zou kunnen zijn. En dan is dus het einde zoek. Wie bepaalde passages als allegorie beschouwt, trekt aan een losse draad in de trui en zal onherroepelijk de hele trui uithalen. Als de Babylonische ballingschap historisch waar is, dan is het scheppingsverhaal dat ook. En wie het scheppingsverhaal als allegorie beschouwt, die mag niet erkennen dat de Babylonische ballingschap historisch heeft plaatsgevonden. Ik wil hier met ze verder over praten om twee redenen. Ten eerste: is er een mogelijkheid dat ze zich niét vast zullen kletsen of dat ze zich vast zullen kletsen zonder het door te hebben? Bij dat moment wil ik aanwezig zijn. En ten tweede: de vrouw van het echtpaar zou volgens mij gebaat zijn bij kennismaking met vrouwen die heel anders leven. En daar ken ik er genoeg van.
Vanmiddag ben ik begonnen in het boek Schiften van Harry Kuitert. Zijn naam wekt in christelijke kringen vaak een beetje geblaas op. Kuitert is dermate de allegorische weg ingeslagen, dat warmbloedig gelovigen hem ervan verdenken het geloof uit te hollen. Naar mijn idee hebben warmbloedig gelovigen van alle tijden dat gezegd over alle mensen die de godsdienst met de dan heersende tijd wisten te verenigen. We zijn nooit slechter geworden van mensen als Kuitert.
Al op één van de eerste pagina's van Schiften, staat de volgende, vermakelijke passage:
"Alles kan niet hetzelfde blijven, de meeste kerkelijk-denkende mensen gaan daarvan uit, en zijn er allang op eigen houtje mee bezig, maar 'bij Kuitert blijft er weinig of niets van over'. Veel gehoorde en, naarmate de tijd verstreek, vaker gehoorde klacht. Even begrijpelijk als inefficiënt, want so what? Als er weinig overblijft, blijft er weinig over, met je klachten erover breng je niet terug wat je kwijt bent geraakt. Daar zijn argumenten en redenen voor nodig, en als je die niet hebt, zorg dan dat je ze krijgt. En zijn ze niet te vinden, dan is het einde verhaal.[...]Het geloof gaat aan de wandel als je erover gaat redeneren, en bij geloven betekent wandelen wankelen, onzekerheid. Daarom zijn nogal wat mensen tegen redenen, als het om geloven gaat. 'U wilt alles beredeneren, maar dat gaat niet, het geloof is niet te beredenen.' Zullen we het deze keer eens helemaal eens zijn! Maar waarom dan voortdurend en onophoudelijk op het redeneren terugvallen, op het fundament van een beredeneerde leer? Was het maar zo, dat gelovige mensen beseften dat geloven heel wat anders is dan beredeneren, maar ze bedoelen dat de beredeneerde leer vaststaat en dat je er niet aan mag komen, want dan lijkt het alsof alles wankelt.[...]Redeneren - dat is mijn punt - maakt juist de basis van veel behoudend geloof uit, beredeneerde leer, en daar moet ik van afblijven op straffe van buitenspel gezet worden."
Ik ken geen volksstammen behoudende gelovigen, maar diegenen die ik ken, hebben één eigenschap steeds gemeen: ze werken heel hard om precies zo te zijn, zo te leven en zo te handelen als in hun kringen juist is. En dan bedoel ik niet alleen het medemenselijk handelen, maar al hun handelen en hun hele leven. Het door hun gekozen werkveld, de door hun geluisterde muziek, de door hun gelezen bronnen en de door hun gekozen hobbies. Ze kiezen niet wat henzelf aanstaat, maar wat in hun kringen als goed wordt geacht. Dat al snel genoeg blijkt dat ze er geen enkel plezier mee beleven, is het in de Bijbel voorspelde lijden dat je in je leven moet ondergaan. Al het lijden dat ze gemeen hebben met mensen die wel hun eigen voorkeuren volgen (ziekte, teleurstelling, pech), dat komt er bij hen nog eens extra bovenop.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten