8 juli 2012

Gesloten circuit

Mooi stuk op de site van Katholiek Nieuwsblad. Niet dat ik het er mee eens ben, maar het is pittig. Ik hoop dat deze priester ook zo preekt. Dan heb je echt iets om naar te luisteren op je houten bank. De reden dat ik dit post is niet omdat de nacht van de theologie mij zo boeit, of dat ik Oosterhuis vind raaskallen, ik wil dit stuk uit de tekst lichten:

"Dát is het volstrekt unieke van het christelijk geloof: niet dat wij goed voor elkaar moeten zijn (daar hebben we geen openbaring voor nodig), maar dat we dat níet zijn en dat God dat niet door de vingers ziet – dat daarvoor een schuldoffer vereist wordt – én dat Hijzelf dat offer brengt door zijn Zoon."

Klinkt als een klok, die tekst. Nee, niet de inhoud. Juist niet de inhoud. Wel het ritme van de zinnen. Zeven keer 'dat',  als schakels. Er zit passie in.

Ik vind de eerste stelling een mooie. Een 'bij nader inzien' voor mij. Ik hoor natuurlijk al jaren van ongelovigen dat ze helegaar die tien geboden niet nodig hebben. Het is ook zo. We hebben geen openbaring nodig om ons medemenselijk te gedragen. De bij nader inzien zit 'm in het vel van syncretisme dat hier van religie's schouders wordt geschud. Alle religies hebben het over de gulden regel, maar dat is dan ook niet de openbaring. Dat is juist de meest profane kern van religie. Hetgeen religie juist gemeen heeft met seculiere stromingen. Religie predikt helemaal niet allemaal hetzelfde want het 'goed zijn voor elkaar' is niet religieus. Nu jij weer, Karen Armstrong.

Schouten schrijft: 'wij zijn juist niet goed voor elkaar en God ziet dat niet door de vingers'. Mijn nog steeds bestaande en vertwijfelde eerste respons is dan: waarom maakt hij dan geen betere versie van ons? Schouten's vervolg is: God wil dat onze schuld vereffend wordt. Wij doen niet wat we moeten doen en doen zo een schuld ontstaan. God zelf lost die schuld in door zijn zoon als offer te brengen. Ik ben murw geraakt door de jaren heen voor de betekenis van die stelling. Ik heb dit van jongsaf aan gehoord en vind het daardoor (helaas) niet bijzonder meer. De betekenis lijkt er af gesleten.

Eigenlijk is het raar: wij zijn schuldig aan God en hijzelf lost die schuld dan weer in. Hij handelt in onze naam om een schuld te vereffenen die hemzelf is aangedaan. We worden daarin volledig buitenspel gezet. God handelt in een gesloten circuit: hij zet ons op de wereld. Wij voldoen niet aan de blauwdruk en doen een schuld ontstaan, hij lost die schuld in door iets van hemzelf te offeren. In feite is de schuld zo verdubbeld. En wekt dit niet een nog groter schuldgevoel? We zijn niet één keer in gebreke gebleven, we moeten dubbel ons best doen om het huidige door God gevulde gat met onze eigen betaling te vullen.

Maar aan de andere kant is het juist zo logisch dat we buitenspel zijn gezet in dit gesloten circuit van God. Wanneer je stelt dat de schuld nooit aan ons is geweest. Wij voldoen niet aan de blauwdruk en is dan de producent niet in gebreke gebleven?

Blijft er nog een vraag over: is onze schuld daadwerkelijk ingelost door het offer van de zoon? Loopt die schuld nu nooit meer op?

Geen opmerkingen: